In het informatieboekje dat ik eind december 2008 schreef over diercommunicatie (er zijn er nog wat te koop) schreef ik consequent over eigenaren van dieren. Tijdens het schrijven van deze blog merk ik dat ik het soms mijn pen niet meer uitkrijg. Hoe kan dit?
Iemand eigenaar noemen houdt voor mij een verantwoordelijkheid in. Verantwoordelijk zijn voor het algehele welzijn van het dier en het daarmee ook veiligheid en zekerheid bieden. Maar in mijn praktijk als tolk ervaar ik steeds meer dat dieren zich ook verantwoordelijk voelen voor de mens(en) waar ze bij wonen. Vanuit die wederzijdse verantwoordelijkheid kun je niet meer praten over eigenaar zijn van elkaar.
Als ik een gesprek met een dier begin, stel ik mezelf altijd voor en zeg dat de eigenaar (en dan noem ik de naam) gevraagd heeft of ik in dit gesprek wil tolken. Soms hoor ik meteen: ‘Ik heb geen eigenaar.’ Als de eigenaar dit hoort, is het ijs gebroken: dat gevoel had dat mens ook altijd al. Het zal niemand verbazen dat het in dat geval vaak om heel onafhankelijke en zelfstandige dieren gaat. En over katten van stand: bij hen mag je blij zijn dat je als mens bij ze in huis mag wonen!
Veel honden hebben geen moeite met de term eigenaar. Zij willen graag een roedelleider en zijn blij met deze stevige benaming. Ik zal het begrip eigenaar dan ook wisselend blijven gebruiken.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten