maandag 29 maart 2010

Quality time

Als we een gesprek sluiten krijgt een dier altijd het laatste woord. Dat vind ik een goede gewoonte die ik erin houd.
Na een vlot gesprek met een hond waarin alles helder verliep en de eigenaar alles herkende, stelde het diertje me op het eind voor een raadsel. Hij liet een koekje zien dus ik vroeg of hij wel eens koekjes krijgt. ‘Nee, eigenlijk niet. Door de medicatie heeft hij de neiging te dik te worden en de dierenarts zei dat hij tere pootjes heeft dus ik pas erg op met zijn voeding,’ antwoordde de eigenaar.
Ik bleef het beeld echter maar door krijgen van de hond en helaas moesten we het gesprek afsluiten met iets dat we niet begrepen. Tot de vrouw ineens riep: ‘O … wacht even! Als ik thuis kom van mijn werk drink ik altijd een kopje thee en daar neem ik een biscuittje bij. Hij krijgt dan een heel klein stukje. Dat is ook het enige dat hij krijgt!’ Meteen begreep ik wat de hond bedoelde: dit soort momenten is quality time!

Vlooien

Het volgende verhaal valt weer onder de reeks 'wonderbaarlijk':
Een van onze katten heeft veel last van vlooien. Op de een of andere manier moeten die dieren altijd haar hebben en het is net deze kat die zich met hand en tand verzet tegen de bestrijding van deze nomaden, zoals de vlooien zichzelf typeren. Het gaat altijd gepaard met krabpartijen, ondanks mijn redelijke gebabbel.
Ik dacht het over een andere boeg te gooien en legde de vlooien uit dat ik ze niet meer wil zien op deze kat. En tot mijn volle tevredenheid zie ik ook geen vlooien meer op deze kat. Helemaal goed dus! Tot een van de dochters twee weken later opmerkt: ‘Ik heb er weer 15 gevonden, hoor!’ Wat?! Ik heb er werkelijk geen een gezien!!

vrijdag 26 maart 2010

Een kwestie van begrijpen

Gisteren sprak ik een hond die bang is voor deuren die bewegen door de tocht. Ik vroeg haar waarom dat zo is. ‘Tafels en banken bewegen toch ook niet?’ was haar directe reactie.
Na haar lachend gelijk gegeven te hebben, laat ik in dit soort gevallen zien aan het dier hoe het werkt: de deur hangt aan scharnieren, de mens bedient de deur meestal zelf door de deurklink naar beneden te halen en te duwen of trekken. Maar soms staat een deur op een kier of open en als er ramen open staan heeft de wind vrij spel en beweegt de deur vanzelf vanuit de scharnieren.
Deze hond is heel slim. Ze bekeek de deur van alle kanten. Wat ik daarna dan doe is samen met het dier ‘nonchalant’ de kamer in lopen, even de gedachten ergens anders op richten en dan ineens in een beeld de deur weer uit zichzelf laten bewegen. Deze hond reageerde laconiek. We gingen wel weer even kijken bij de deur, concludeerden dat het de scharnieren en de wind waren en daarmee was het klaar. Als de hond toch nog es schrikt van zo’n zelfbewegende deur kan de eigenaar de hond rustig uitleggen hoe het zit. Dit kan in beeld of woord. De link is gelegd. Soms is het gewoon een kwestie van begrijpen.

woensdag 24 maart 2010

De dood

Ik schreef aan een vriendin: ‘Het is zó verrassend, de dood.’
Eigenlijk moest ik daar de volgende dag om lachen. Want het is ook zo!
Ik vraag me steeds vaker af wie het moment van doodgaan nou bepaalt. Ik spreek dieren die rond de grens van leven en dood leven en één ding weet ik zeker: doe nooit een voorspelling hoe lang het nog kan duren. Want een dier kan ineens besluiten om weer te gaan eten en het nog een tijd vol te houden. Maar het kan ook zijn dat een dier het koppie laat hangen en het allemaal wel best vindt.
Dan is er ook de onverwachte dood. Ik denk aan de hond die vol tumoren zat maar daar tot de dag voor haar dood niet van op de hoogte was en totaal verrast werd. Ze kon het niet afdoen met moeheid en 'laat me maar even rusten', zoals ze zelf suggereerde.
Of de ongelukken (auto ongelukken of tegen het raam aanvliegen) en de hartaanvallen. Als je die dieren spreekt vlak na hun overlijden kom je niet weg met de opmerking dat alles gepland is want deze dieren zijn werkelijk verbaasd dat hun lichaam het niet meer doet. En als het wel gepland was, dan waren zij niet op de hoogte of ze wisten het niet meer. Ze hebben namelijk even tijd nodig om de switch van het fysieke naar het andere leven te maken.
Als puber zeiden we heel wijs: ‘De enige zekerheid is de dood.’ Nu zou ik willen zeggen: ‘De enige zekerheid is de fysieke dood.’ Want dat we doorgaan is me duidelijk.

maandag 15 maart 2010

Anekdote

Een vrouw die bij oude mensen werkt, vertelt hoe de ontmoeting met een nieuwe bewoner van het huis ging:
“Ik ging met onze Jack Russell Mike naar mijn werk. Ik stelde me voor aan de voor mij nieuwe vrouw en ze zei: ‘Ik zie een wit hondje achter je.’ Mike heeft veel donkere kleuren in zijn vacht, dus ik dacht bij mezelf: ‘Die is ver heen’. ‘Ik zal es vragen hoe hij heet,’ ging de vrouw verder. Ze was even stil en zei toen: ‘Hij heet Fred. Hij heeft je altijd beschermd, zegt hij, daarom is hij hier nu ook.’
Meteen schoten twee collega’s en ik helemaal vol. Fred was een zeer geliefde hond die acht maanden geleden is overleden. Hij ging net als Mike vaak mee naar mijn werk. Terwijl wij stonden te snotteren, hoorden we een andere bewoner zeggen: ‘Dachten we van dat rotbeest af te zijn, komt ie weer mee!’

donderdag 11 maart 2010

Alles is energie

Ik ga even wat linken leggen. Het gaat om energie en intenties.
Op mijn blog met gesprekken met vrije dieren staat hoe de oehoe de webcam ervaart die 24 uur per dag op haar gericht is.
Vriendin Petra citeert op haar blog een tekst van een vrouw die ook met dieren communiceert.
Alles is energie. Zouden we deze energie niet ook eens meer bekend moeten laten worden? Bewust ermee omgaan lijkt een goede aanrader!
Voor wie de oehoe live wil zien, klik hier.

dinsdag 9 maart 2010

Ongewenste huisdieren?

Het wordt weer spinnentijd. De draden beginnen zich te vormen en ik voel me af en toe genoodzaakt om rag weg te halen. Maar iedere keer als ik dat doe, hoor ik de spin die me vorig jaar vroeg: ‘Ben ik op vijandig gebied?’ en daar ga ik dan over nadenken.
Prompt daarop denk ik aan de vrouw die me interviewde voor de radio. Ze is heel bang voor spinnen maar vindt dat ze wel het recht hebben om in haar huis te wonen. Ze heeft gezegd: ‘Ik vind het prima dat jullie hier zijn maar ik ben bang voor jullie en ik wil jullie niet zien.’ Ze ziet al twee en een half jaar geen spin meer.
Nu vind ik spinnen niet erg, ik vind ze leuk om te zien. Dus spinnen mogen zichtbaar blijven. Slakken wil ik niet zien. Sinds ik ze in februari heb gesproken, laten ze zich niet meer zien (op het babyslakje na). Het is me nog niet gelukt om de vliegen zomers uit het schip te krijgen. Maar misschien ben ik niet overtuigend genoeg want ik vind vliegen erg boeiende dieren. Alhoewel ik moet zeggen dat ik voor het contact met de vlieg een behoorlijke insectenmepper was. Maar het is zoals de vlieg zegt (en van andere dieren hoor ik het ook): 'Er is ruimte genoeg. Je kunt ons gewoon vragen ergens anders heen te gaan.'

zondag 7 maart 2010

Humor

Degene van wie ik het tolken geleerd heb, zei op een gegeven moment: ‘Weet je dat jij het tolken weer leuk maakt voor me? Jij hebt er zo’n plezier in.’ Het geval wilde dat zij in die periode allemaal zware situaties kreeg en bijna het tolken wilde opgeven om alleen nog maar les te gaan geven.
Natuurlijk heb ik ook met zware situaties te maken. Met intens verdriet en diepe trauma’s die er bij mij ook even inhakken.
Maar er is ook heel veel humor onder de dieren! Ze laten beelden zien die ik erg komisch vind en ze hebben soms heel originele redenaties die volkomen sluitend zijn vanuit hun beleving. Soms moet ik ze ‘terugslaan’ met een koekje van eigen deeg. De kat die zich boven de mensen stelde en maar niet haar katpositie wilde innemen, heb ik in een beeld meegegeven: ‘Ga jij het huis schoonmaken? Ga jij werken zodat er geld is om eten voor jullie allemaal te kopen?’ Die beelden begreep ze en ze koos eieren voor haar geld.
De lol die ik met dieren op dat nivo beleef, zou ik iedereen gunnen. Maar ja, de meesten zullen het met mijn verhalen moeten doen.

'Het klinkt zo ... zo menselijk'

Gisteren zei iemand dat het hem zo verbaasde dat alles wat ik doorgeef vanuit dieren, zo menselijk klinkt. Hij vroeg het niet expliciet maar de uitdrukking op zijn gezicht was duidelijk: ‘Hoe kan dat? Kan het wel?’
Er is een geheim. En dat geheim vindt plaats in mijn hoofd. Daar vindt de vertaalslag plaats, het tolken. En dat gaat razendsnel.
Als ik alleen met een dier contact heb, ben ik met een paar minuten klaar en hebben we een volledig gesprek gehad. De meeste tijd is gaan zitten in het opschrijven van de verkregen info.
Als ik met dier en mens praat, gaat de meeste tijd zitten in het vertalen naar de mens. Ik moet de juiste woorden zoeken bij wat ik binnenkrijg aan gevoelens en beelden van dieren. Ik moet à la minute begrijpelijk en inzichtelijk maken wat het dier me heeft willen laten weten. En ik kan dat alleen doen in menselijke taal en begrippen. Soms is het zoeken naar woorden en ben ik daar op het irritante af mee bezig. Zo duurde het lang voor ik het juiste woord had voor waar een kat in leefde: in verstilling. Wie van ons leeft nou de hele dag in verstilling? Maar het was wel exact het woord dat paste bij wat de kat me liet voelen.
Het neemt tijd om het dier steeds even iets los te laten om met de mens te praten. Daarom kan een gesprek met een mens erbij zomaar een uur duren.
Wat ik zelf nog steeds niet begrijp is dat ik soms heel letterlijke taal binnenkrijg. Dat kunnen krachtwoorden zijn, maar ook heel genuanceerde zinnen waarbij elk detail van belang is. Of het aan het dier ligt of aan mijn taligheid? Of de combinatie? Er zijn ook gesprekken waarbij ik geen woord gehoord heb, alleen beelden en gevoelens ontvangen.
Zo zal iedere dierentolk zijn eigen interpretatie hebben en daarom is het ook goed dat er veel dierentolken komen. Dan kan iedereen een tolk zoeken die hij prettig vindt en waar hij vertrouwen in heeft.

donderdag 4 maart 2010

Het mysterie ziekte

De afgelopen maanden ben ik regelmatig geconfronteerd met zieke katten. Doodzieke katten. Ik vind het verbazingwekkend hoe elke kat op zijn eigen manier omgaat met ziekte. De een weet exact wat er aan de hand is maar wil er geen aandacht aan besteden omdat het leven voor gaat. Een ander heeft het helemaal gehad met het zieke lichaam en wil ermee stoppen. Een elfjarige kat laat mij helemaal totaal niks zien van lichamelijk ongemak terwijl hij al vanaf tien maanden een nare, zeldzame ziekte heeft. Twee katten die zich tijdens het gesprek pas realiseren hoe slecht ze er lichamelijk voor staan, reageren beiden heel verschillend: de een wordt intens verdrietig, de ander sluit het contact af en is pas de volgende dag weer bereikbaar voor mij. De dierenarts dacht dat onze kat drie jaar geleden een spuitje nodig had omdat ze vol tumoren zat en toen doodziek was. Het lieve dier knapte dusdanig op van prednison dat ze nog steeds leeft.
Ieder dier gaat kennelijk op zijn eigen manier met ziekte om. En het is allemaal goed. Als mensen vinden we het vaak geweldig als iemand goed kan praten over zijn ziekte. Maar is dat wel zo?
Een van de katteneigenaren schreef: ‘Inderdaad een goede les die je beschrijft die de katten geven, mensen hebben vaak de neiging (ik ook) om alles te blijven overdenken en bepraten terwijl dat soms toch niks verandert. Kun je maar beter positief doorgaan waar mogelijk en je richten op wat wel kan.’
Ik blijf erbij: van dieren kun je enorm veel leren!

woensdag 3 maart 2010

Regels uitgelegd

Lara is een hond waar ik veel plezier om heb gehad tijdens gesprekken. Ze wist me altijd aan het lachen te maken. En dat terwijl haar baasjes uitgeput en bijna ten einde raad waren. Ze namen contact met me op omdat Lara al maanden blafte ’s nachts en zij de uitputting nabij waren. Ik heb Lara uitgelegd dat de nachten er zijn om te slapen. Toen sliep ze door.
Er waren meer dingen waar Lara een heel eigen kijk op had. Ze was bijvoorbeeld de enige hond die tijdens de puppycursus niet bij haar baasjes kwam. ‘Die ken ik toch al?’ was haar redenatie. Ze doet ook niet aan tuintjes van buren: ‘Waarom mag ik daar niet heen als het er lekker ruikt?’ Dit gecombineerd met een enorme energie, een grote gevoeligheid en een neiging tot ‘zweven’ maakt dat ze een enorme uitdaging is voor haar mensen. En die doen het ontzettend goed! Mijn complimenten.
Een half jaar na het gesprek over de nachtelijke onrust werd ik weer gebeld. Lara blafte weer ’s nachts. Voor het ging ontaarden, schakelden ze mij in. Ik herhaalde dat de nachten er zijn om te slapen. ‘O ja,’ hoorde ik. Ik dacht dat ze flauw aan het doen was maar de volgende dag realiseerde ik me dat ze serieus was en de regel inderdaad even kwijt was. Lara slaapt weer door.

(Daarmee was Lara er nog niet met alles. Zie daarvoor de aanvulling van Angélique bij Reacties.)